Jorcho van Vlijmen: ‘Schoonmakers krijgen te weinig erkenning’


14 juni vieren we de dag van de schoonmaker….een dag om al deze harde werkers in het zonnetje te zetten. Mensen die er voor zorgen dat wij dagelijks een schone werkomgeving hebben. Die waardering verdienen ze. En niet alleen op deze dag, maar iedere dag. Maar dat is beslist niet vanzelfsprekend, horen we van Jorcho van Vlijmen. En daar kunnen wij allemaal iets aan doen!

Jorcho is senior onderzoeker aan de HAN bij de opleiding Facility Management en doet al jarenlang onderzoek naar de onzichtbaarheid en onderwaardering van de schoonmakers. Zijn belangrijkste conclusie? Schoonmakers voelen zich niet gezien. "Ze zijn trots op hun werk maar niet op zichzelf. Dat kan pas wanneer zij erkenning krijgen voor wat ze doen." legt Jorcho uit.

Weinig bevestiging
Jorcho: "Een schoonmaakbaan is een echte baan en dus onderdeel van iemands leven, van iemands identiteit. Schoonmakers steken veel energie in hun werk en vinden hun werk echt fijn om te doen. Ze zijn trots op hun werk, maar niet op zichzelf. Omdat ze weinig bevestiging krijgen. Tijdens mijn onderzoek kwam ik erachter dat dat leidde tot onvrede en frustraties. Doordat anderen hun werk niet waarderen, gaan sommige schoonmakers aan zichzelf twijfelen. En dat moet echt anders. Zodat mensen met plezier hun werk doen. Omdat ze dat, net als iedereen, verdienen. Maar ik weet ook zeker dat het goed is voor de productiviteit en de verzuimcijfers." 

Geen taart, wel opruimen
Als schoonmaker ben je doorgaans in dienst bij een schoonmaakbedrijf, maar werk je op 1 of meerdere andere locaties. En op die werkvloer is nog veel winst te halen. Jorcho vertelt: ‘‘Mensen vinden het maar gewoon dat iemand alles voor ze schoonmaakt. Ze nemen het voor lief. En willen er vooral geen last van hebben. Ik heb voorbeelden te over. Bijvoorbeeld als er getrakteerd wordt op de werkvloer. De schoonmaker krijgt geen stukje taart aangeboden, maar er wordt wel verwacht dat zij de boel achteraf opruimen. Of ongeduldige mensen, die niet willen wachten tot het toilet schoon is gemaakt, over de natte vloeren lopen of voorgaan bij de lift. Hard zuchten als er gestofzuigd wordt, ook zoiets. Daar zouden organisaties echt iets aan moeten doen, zo willen we toch niet met mensen omgaan?"

Ga het gesprek aan
Ook bij de schoonmaakbedrijven zelf is nog verbetering mogelijk, vindt Jorcho. "Natuurlijk is het een lastige markt. Er is veel concurrentie en tijd is geld. Maar ik geloof dat een schoonmaker die met plezier zijn werk doet en daar trots op is, zichzelf terug betaalt. En ik vind dat je als werkgever verantwoordelijk bent voor je mensen. Zeker als dat mensen zijn met een kwetsbare achtergrond. Schoonmaakbedrijven zouden met hun klanten in gesprek moeten over het werkklimaat van de schoonmakers. Maar ze zijn zelf natuurlijk niet of in beperkte mate op de werklocatie aanwezig. Dus moet er voor de schoonmaker wel ruimte zijn om verbetermogelijkheden aan te geven. Bijvoorbeeld in een werkoverleg. Nu is het vaak letterlijk: niet lullen, maar poetsen. Ik heb gezien dat het kan, gezamenlijk vormgeven aan die verantwoordelijkheid. Dat gebeurt al in de sector, het belangrijkste is dus nu dat er overal oog komt voor de schoonmaker. Bij het schoonmaakbedrijf, bij de locatie waar ze werken en bij de mensen op de werkvloer. Samen kunnen we ervoor zorgen dat de schoonmaker zich gezien voelt." 

Jorcho van Vlijmen: ‘Schoonmakers krijgen te weinig erkenning’